EU@Amsterdam

Op initiatief van de Universiteit van Amsterdam is een (informele) stedelijke raad samengesteld. Het eerste initiatief is EU@Amsterdam, een stevige bundel van 50 beknopte essays waarin de auteurs de Europese stad vanuit uiteenlopende aspecten belichten. De timing van deze publicatie is perfect nu Nederland het komende halfjaar voorzitter is van de Europese Unie. Het is een uitnodiging aan een ieder die zich betrokken voelt bij de discussie over de Europese Stedelijke Agenda – één van de prioriteiten van het Nederlands voorzitterschap – en een bijdrage wil leveren aan de toekomst van de Europese steden. Dat doen de auteurs door in hun vaak opiniërende essays richting te geven aan het debat. Behalve de publicatie is er ook een serie debatten over dit thema.

Thuis in de stad

De publicatie is opgedeeld in zes thema’s: burgerschap, stedelijke knooppunten, creatieve steden, duurzame steden, stedelijke representatie en steden in netwerken van bestuur en beleid. In het thema burgerschap gaat Jan Willem Duyvendak in op het gevoel van thuis in de stad, het verschil tussen vriendschap en amicaliteit. De andere auteurs gaan in op onderwerpen als tolerantie, seksualiteit, integratie, ongedocumenteerde immigranten en ballingen, taaldiversiteit, scholen, stadskinderen en het omgaan met veranderingen. De rode draad zijn de bewoners van de stad die, al dan niet gewenst, een rol spelen in het stedelijke leven. Dat is een gegeven en het samenspel van al die verschillende inwoners is veel rijker dan de soms vernauwende discussies over ‘gelukzoekers’, een woord dat niet te vinden is in deze publicatie.

Grootstedelijke familie

Het tweede thema ‘stedelijke knooppunten’ gaat over de ruimtelijke en economische facetten van het stedelijk leven. Zo schrijft Zef Hemel over een ‘nieuwe grootstedelijke familie’ die verder gaat dan de ‘anti-stedelijke sentimenten’. Andere auteurs schrijven over de stad als ‘hub’, stedelijke sociabiliteit (hippe koffietenten), kleinschalige stedelijke projecten, valse tegenpolen (creatieve vs krimpende stad) en vanuit historisch perspectief over stedelijke netwerken in de middeleeuwen en de stedelijke vernieuwing in Amsterdam. In ‘creatieve steden’, een thema wat de laatste tijd van de stedelijke agenda lijkt te zijn verdwenen, gaat het over het belang van broedplaatsen, de gevaren van de getemde stad, slimme steden, creatieve onvoorspelbaarheid en nieuwe steden.

De gedroomde Europese stad

Het thema duurzaamheid gaat verassend genoeg niet uitgebreid in op het klimaat- en energiebeleid maar over sociale duurzaamheid. Het belang van lokale overheden, de toenemende sociaal-ruimtelijke segregatie, het belang van wonincorporaties en deelonderwerpen als openbare dronkenschap, gezond eten en fietsen. Bij het thema ‘stedelijke representatie’ schrijft burgmeester Eberhard van der Laan over de ‘gedroomde Europese stad’. Andere auteurs brengen onderwerpen als diplomatie, stedenbanden en geopolitiek ter sprake. Het laatste thema ‘steden in netwerken van bestuur en beleid’ gaát onder meer over ‘bad, bed en brood’, veiligheid, de stad als instrument voor integratie en als plaats van verzet tegen neoliberalisering. De bundel besluit met twee essays die de vraag stellen of het debat over de EU stedelijke Agenda nu over of met de steden gevoerd moet worden en hypothetisch, of in 2031 het jaar is dat de de stad de staat opheft. In de bijlage nog twee informatieve artikelen over het EU-voorzitterschap en de weg naar de Stedelijke agenda.

De essays zijn voor het merendeel de moeite van het lezen waard. Het kan niet anders dat er toch nog lacunes zijn, zoals bijvoorbeeld het klimaat- en energiebeleid en de stad als banenmotor. Al met al is de bundel een mooie aftrap van het begin van het Nederlandse EU-voorzitterschap.

Bestel

Virginie Mamadouh en Anne van Wageningen, EU@Amsterdam. Een stedelijke raad, Amsterdam University Press, 2015.