Plekken van hoop en verandering

Samenwerkingsverbanden die lokaal verschil maken

Door Wim Vierling

Op 19 september verschijnt op het gelijknamige congres in Den Haag de publicatie Plekken van hoop en verandering. Platform Stad en Wijk, een samenwerkingsverband van lectoraten dat door praktijkgericht onderzoek inzicht geeft en oplossingen aandraagt voor maatschappelijke vraagstukken (o.a. armoede, duurzaamheid, zorginnnovatie, integratie, veiligheid en wonen), laat hierin zien hoe nieuwe samenwerkingsverbanden op lokaal niveau kansen of urgente kwesties oppakken. Volgens de 32 onderzoekers zijn ‘Veerkrachtige samenlevingen’ gebaat bij transformatie van ‘bestaande regels, organisaties en systemen’ om zo beter te kunnen aansluiten bij hedendaagse uitdagingen.

Iedereen heeft er wel eens van gehoord, of het nu gaat om begrippen als burgerkracht, co-creatie, doe-democratie, maatschappelijke veerkracht, participatiesamenleving of vitale coalities, maar kan er niet precies een vinger op leggen of het werkt. De onderzoekers kijken met een optimistische blik. De stad als plek van ontplooiing, de wijk of buurt als de ideale plek voor innovatie en integraal werken, een plek waar de systeem- en leefwereld kunnen samenwerken, waar wordt gewerkt aan complexe en taaie problemen. Ze laten zien hoeveel kracht en optimisme er is in de samenleving. Daar zijn nieuwe vormen van professionaliteit, participatie en cocreatie voor nodig. Het vraagt om flexibiliteit, creativiteit, doorzettingsvermogen, moed, samenwerking en vastberadenheid. De auteurs stellen de lezer op de hoogte over de meest recente inzichten (literatuurstudie) over de nieuwe rolverdelingen en samenwerkingsvormen. Het is, zoals Willem Stam (LPB, platform voor wijkgericht werken) het formuleert voortdurend zoeken “naar een nieuwe balans tussen wat we van een overheid kunnen verwachten en wat de meeste burgers heel goed zelf kunnen”.

Burger wil en kan niet meer buitenspel wil en kan staan

De verschuivende rollen en (machts)verhoudingen tussen partijen (burgers, maatschappelijke organisaties, marktpartijen, overheden) is de rode draad in het boek. Het is niet langer één dominante partij die het voor het zeggen heeft, maar een netwerk van diverse partijen die werkt aan creatieve oplossingen voor vraagstukken op individueel, buurt- of wijkniveau. De tien casussen in het boek laten zien welke drijfveren de verschillende partijen hebben om te participeren, wat er van de initiatieven terecht is gekomen, welke valkuilen er zijn en welke lessen hieruit te trekken zijn. Het gaat daarbij om het stimuleren van netwerkvorming van onderop over onderwerpen als zorg in de wijk, ouder worden in de wijk, armoede, maatschappelijk vastgoed, winkelleegstand, digitale buurtpreventie, circulaire economie, opvoeden, ontmoetingsplekken in de buurt en gebiedsontwikkeling. Hierbij komt volgens de auteurs het beeld naar voren dat dat de burger niet meer buitenspel wil en kan staan. Een klein punt van kritiek is de eenzijdige focus op de stad. De casussen spelen zich overwegend af in de vier grote steden. Alsof op het platteland en/of in krimpgebieden geen inspirerende initiatieven zijn te vinden. Wellicht een tip voor de lectoren om daar ook een publicatie aan te wijden.

Geen blauwdrukken

De publicatie is met zorg geschreven en samengesteld. De auteurs analyseren de casussen en omschrijven de aandachtspunten zoals bijvoorbeeld de rol van de professional. Verder geven ze inzicht in de opbrengsten, de rol van de hogescholen om lokale initiatieven verder te brengen en de verwachtingen voor de toekomst. Een van de conclusies is dat er geen blauwdrukken bestaan. Die worden “steeds opnieuw en in samenwerking tussen de verschillende partijen bepaald, waarbij er ook ruimte is voor discussie, botsingen tussen belangen en het ontwikkelen van nieuwe kennis”. De publicatie is dan ook zeer geschikt en praktisch voor professionals en bewoners die betrokken zijn bij (nieuwe) initiatieven. Door het te lezen kunnen zij een voorsprong nemen door te leren van knelpunten en dilemma’s van andere initiatieven.

Bestel