'Zo werkt gebiedsontwikkeling' nuttig voor alle betrokkenen
Met het handboek voor studie en praktijk ‘Zo werkt gebiedsontwikkeling’ heeft Friso de Zeeuw een overzichtelijk en mooi totaalwerk gemaakt bij zijn emiraat als hoogleraar aan de TU Delft. Het is duidelijk dat het een breed vak is: in 15 hoofdstukken geeft hij in heldere taal een overzicht van de verschillende thema’s die relevant zijn voor gebiedsontwikkeling. Dat doet hij in een aantrekkelijke afwisseling tussen hoofdtekst, voorbeelden, columns en verhelderende figuren.
Hij put mede uit zijn eigen repertoire, maar maakt ook goed gebruik van teksten van anderen. Door de mooie vormgeving, is het niet alleen een studieboek, maar ook een koffietafelboek: bladeren door de voorbeelden en columns of af en toe een hoofdstuk lezend. Het 16e hoofdstuk gaat over de positie van gebiedsontwikkeling in het grotere geheel. Op basis van maatschappelijke opgaven, geeft hij aan hoe gebiedsontwikkeling daaraan kan bijdragen, maar ook hoe dat nog beter kan. Dit geeft het boek een sterke afronding.
Het handboek is uitermate geschikt voor mensen die wel van deelaspecten van gebiedsontwikkeling op de hoogte zijn, maar zich op de hoogte willen stellen van andere thema’s. Door aandacht te besteden aan specifieke thema’s zoals financiën, omgevingsrecht, publiek-private samenwerking, transformatie of omgevingskwaliteit, benadert De Zeeuw alle verschillende aspecten van gebiedsontwikkeling. Elk onderwerp krijgt zijn heldere uitleg, vaak gelardeerd met kenmerkende humor van De Zeeuw. Zoals bekend, spaart hij daarbij ook geen mensen. Met de manier van schrijven, bekruipt daarmee wel af en toe het gevoel dat we de mening van De Zeeuw lezen en niet de neutrale blik op gebiedsontwikkeling. Het zou sterk zijn geweest als hij een aantal keer iemand aan het woord zou laten met een tegengestelde mening, waarvan hij er toch een aantal met naam noemt in zijn boek. Ondanks dat leest het boek prettig.
De Zeeuw geeft op verschillende plekken aan dat bij gebiedsontwikkeling het proces van belang is. De doorlooptijden bij gebiedsontwikkeling zijn lang en het eindresultaat is op voorhand lastig te voorspellen. Uit zijn een nuchtere blik blijkt dat bij gebiedsontwikkeling het vaak doormodderen is. Betrokkenen moeten stoere types met doorzettingskracht zijn, die ook over empathie beschikken en transparant kunnen zijn. Een lastige combinatie om in één persoon te verenigen, zoals De Zeeuw ook constateert. Maar met handboek in de achterzak, zal het in elk geval voor betrokkenen bij gebiedsontwikkeling duidelijk zijn wat er allemaal komt kijken, hoe de verschillende belangen van de betrokkenen werken, wat hun handelingsperspectieven zijn. Het uitreiken van het handboek bij de start van een gebiedsontwikkeling aan betrokkenen, zal waarschijnlijk bijdragen aan de inzichten van hen, wat de snelheid ongetwijfeld ten goede komt. Een tweede druk verschijnt binnen afzienbare tijd, dus hiertoe is alle mogelijkheid.
Bestel
- Friso de Zeeuw, Zo werkt gebiedsontwikkeling, TU Delft, 2018.