- kennisvanstadenregio
- Kennisdossiers
- Kennisdossier Vergunninghouders en asiel
- Maatschappelijk draagvlak
- Draagvlak voor windmolens en vluchtelingen door omwonenden financieel te betrekken
Inhoud kennisdossier
Thema’s
Deel deze pagina via
Contact
Draagvlak voor windmolens en vluchtelingen door omwonenden financieel te betrekken
NIMBY
Sommige bestuurlijke beslissingen roepen bij voorbaat weerstand op bij omwonenden, omdat de direct omwonenden bang zijn om onevenredig veel last te hebben van bijvoorbeeld een windmolenpark, een chemische fabriek of gaswinning. Dit is een principe dat in de bestuurskunde bekend staat als NIMBY (not in my backyard). Hoewel mensen vinden dat er bijvoorbeeld windmolens zouden moeten komen, willen zij liever niet dat de windmolens in de buurt van hun huizen worden gebouwd.
Ook bij AZC’s of vluchtelingenkampen lijkt dit effect aan de orde te zijn: burgers zien wel in dat vluchtelingen moeten worden opgevangen in Nederland, maar zij hebben liever niet dat de vluchtelingen in het dorp of de straat worden geplaatst waar zij zelf wonen. Een van de manieren om op voorhand om te gaan met deze NIMBY-gevoelens van inwoners, is door ze mee te laten profiteren van de beleidskeuze. Omwonenden ervaren zo niet alleen de (gepercipieerde) nadelen van de verandering in hun buurt, maar zij hebben er ook profijt van.
Actief betrekken van de omgeving
Om te illustreren op welke manieren een potentiële NIMBY-situatie voorkomen kan worden, nemen we als voorbeeld twee windmolens in Kerkrade, Gyges en Briareus. Omwonenden hadden de mogelijkheid om in een maatschap te participeren en op die manier mee te profiteren van het rendement van de molens. Hierdoor werd de omgeving actief betrokken bij de bouw en profiteerden omwonenden van de opbrengst van de windmolens. Vooraf waren er wel protesten van enkele direct omwonenden, dit werd niet voorkomen door het beleid om omwonenden te betrekken. Uit een onderzoek naar het draagvlak bleek echter dat een grote meerderheid van de inwoners voorstander was van de bouw van de twee windmolens.
Kanteling van perspectief
Een andere manier om draagvlak te creëren is door geld beschikbaar te stellen voor de gemeente, de wijk of de omwonenden. Hierdoor draait het perspectief om en is het niet langer een verplichting om een opvanglocatie te openen, maar kunnen gemeenten en omwonenden die bereid zijn om dit te doen een beloning krijgen. De kanteling van perspectief en het vrijwillige karakter zorgt voor een dempend werking op het NIMBY-effect.
Compensatie
In het geval van opvang van vluchtelingen kan gedacht worden in dezelfde soort richtingen. Het actief betrekken van de directe omgeving is daarbij het meest belangrijke punt. De kanteling van het passieve NIMBY-gevoel naar een actieve en betrokken houding van omwonenden zorgt voor een groter draagvlak. Een financiële compensatie voor de wijk of directe omgeving van een opvanglocatie kan overwogen worden. Het benadrukken van mogelijke voordelen voor omwonenden (zoals meer omzet voor winkeliers) kan bijdragen aan meer draagvlak.
Dat de omgeving heel goed het bredere belang van een potentieel bezwaarlijke activiteit in de buurt kan inzien wordt ook geïllustreerd door het feit dat omwonenden regelmatig de opheffing van een AZC niet toejuichen. Zij onderkennen bijvoorbeeld de extra omzet voor winkeliers die een opvangcentrum creëert. Of hebben zoals onlangs in Crailo veel vrijwilligers geworven en alles mooi op de rit en willen het AZC nu niet ineens kwijt.
Literatuur
- T. van der Velden (n.d.). Van NIMBY naar WIMBY: wind in my backyard. Gemeente Kerkrade.
- M. van Kouterik-Nijhof (2016). Draagvlak creëren voor impopulaire beslissingen: het kan wel! Binnenlands Bestuur. Gevonden via www.binnenlandsbestuur.nl.
- J. Kreule (2015). Noodopvang is big business, hoe ondernemers uit heel het land omzet halen uit de opvang van vluchtelingen. Gevonden via www.deondernemer.nl.