Mijn Buurt Assen (Assen)

Mijn Buurt Assen (MBA) is een samenwerkingsverband tussen drie partijen: gemeente Assen, woningcorporatie Actium en welzijnsorganisatie Vaart Welzijn (onderdeel van Tintengroep). Actium bezit ongeveer 90 procent van de corporatiewoningen in Assen en de gemeente Assen besteedt de uitvoering van de maatschappelijke dienstverlening en het welzijnswerk uit aan Vaart Welzijn. Hierdoor zijn de twee organisaties vanzelfsprekende samenwerkingspartners voor de gemeente.

Samenwerken aan leefbare, veilige, sterke buurten

Sinds 2012 worden door MBA in heel Assen projecten gerealiseerd waarin gewerkt wordt aan leefbare, veilige en sterke buurten. De samenwerking loopt in ieder geval nog tot 2022. Naast het stimuleren en ondersteunen van buurtinitiatieven worden vanuit de gebiedsgerichte aanpak fysieke ingrepen gekoppeld aan sociale opgaven en andersom. Mijn Buurt Assen heeft een overkoepelend programmateam waarmee de samenwerking tussen de drie partijen wordt georganiseerd. Ook in elke wijk is het MBA-team actief met in ieder geval vanuit elke partij een betrokken wijkmedewerker. Een opmerkelijk detail is dat MBA organisatorisch en in dagelijkse uitvoering gelijkwaardig is, terwijl het welzijnswerk in opdracht van de gemeente Assen wordt uitgevoerd door Vaart Welzijn. De relatie opdrachtgever/opdrachtnemer heeft het samenwerkingsverband echter geen kwaad gedaan; de relatie tussen de drie partijen is sterk en heeft als uitgangspunt: niet gelijk, wel gelijkwaardig.

Verbinden van fysiek en sociaal

Vanaf 2010 heeft de gemeente Assen jaarlijks wijkanalyses laten uitvoeren om een vinger aan de pols te houden in alle wijken. Deze analyses laten aan de hand van harde en zachte data zien hoe wijken ervoor staan. De Lariks, Assen-Oost en Noorderpark (Oude Molenbuurt) kwamen met de laagste scores uit de analyse. Mede hierdoor wisten gemeente en corporatie(s) wat hun te doen stond. De (fysieke) opgaven in de drie wijken waren groot: de openbare ruimte, riolering en het straatwerk moesten op de schop en ook woningcorporatie Actium wist dat hun verouderde bezit aan een opknapbeurt toe was. Beide partijen zagen grote investeringen aankomen, besloten hun werkzaamheden aan elkaar te verbinden en de fysieke opgaven in de drie wijken het hoofd te bieden. Echter, deze fysieke ingrepen hebben niet altijd direct oog voor bewoners en de sociale opgaven die spelen in de wijk. Daarom hebben gemeente en corporatie besloten de sociale leefbaarheid nadrukkelijk te koppelen aan de fysieke leefomgeving door ook het welzijnswerk – nu Vaart Welzijn – bij MBA te betrekken. Voor de welzijnsorganisatie bieden de fysieke ingrepen een goede opening om bij bewoners achter de voordeur te komen. Want, zo legt gemeentelijk programmaleider Robert van der Haar uit: “Bewoners doen de deur wel open als je over hun directe omgeving of woning komt praten.”

Robuuste wijken

MBA is vervolgens aan de slag gegaan in de drie wijken (omgedoopt tot de ‘robuuste wijken’) die de grootste opgaven kenden. Het belangrijkste speerpunt van de aanpak is dat fysieke en sociale ingrepen aan elkaar worden verbonden. In de aanpak is ook nadrukkelijk ruimte gereserveerd voor bewonersparticipatie: wijkbewoners kunnen meedenken over besluiten in hun wijken en worden aangemoedigd activiteiten te organiseren. De afgelopen jaren is niet alleen vanuit de zogenoemde robuuste wijken gewerkt, maar kwam vanuit andere wijken ook steeds vaker de wens om leefbaarheidsprojecten te starten en soortgelijke activiteiten te organiseren, waardoor MBA nu is uitgebouwd en gemeentebreed actief is. MBA prioriteert dus de drie robuuste wijken; hier is inzet van de drie partijen gericht op grootschalige wijkvernieuwing. In de overige wijken richten de drie partners zich vooral op het stimuleren van bewonersparticipatie en leefbaarheidsprojecten. Hiervoor is een gezamenlijk budget beschikbaar.

In het rapport Werken aan opgaven in de wijk onderzocht Platform31 Mijn Buurt Assen en formuleerde geleerde lessen van de Assense wijkaanpak:

De samenwerking tussen drie partners maakt dat Mijn Buurt Assen een unieke gebiedsgerichte aanpak is. Elders in het land is corporatiebezit en welzijnswerk meer gefragmenteerd, wat samenwerken ingewikkelder maakt. MBA heeft gebruikgemaakt van de specifieke situatie, waarin corporatiebezit bijna volledig (voor ongeveer 90 procent) in handen van één partij is en welzijnswerk integraal is uitbesteed aan één partij. Het voordeel hiervan is dat opgaven en inzet slechts met drie partijen in elkaar gevlochten moeten worden. Het hebben van meer partners zou de afstemming bemoeilijken en de sturing minder wendbaar maken; besluiten moeten immers door iedere partij geaccordeerd worden.

Complexe samenwerking tussen organisaties en afdelingen

Met drie partijen samenwerken is naast een grote kans, ook een stevige uitdaging voor MBA. Dit klinkt paradoxaal en behoeft verdere uitleg. MBA wil integraal werken in de wijken, wat onder andere betekent dat fysieke en sociale opgaven aan elkaar worden gekoppeld. Elke organisatie moet intern de inzet per wijk ook afstemmen: de verschillende programma-afdelingen van de gemeente, bijvoorbeeld, moeten zorgen dat ze niet langs elkaar heen werken, maar elkaar aanvullen. Intern afstemmen is al moeilijk genoeg, maar bij MBA moet dit óók nog eens met de verschillende afdelingen van twee extra organisaties gebeuren, die ieder hun eigen planning hebben. Dit vergt veel overleg en kost tijd, maar door te sturen op de lange termijn (middels meerjarige plannen) lukt het steeds beter.

Bevlogen medewerkers

MBA laat ook zien dat het loont om gedreven, samenwerkingsgerichte medewerkers verantwoordelijk te maken voor de uitvoering. De bestuurders van Actium en Vaart Welzijn adviseren: “Zet je beste mensen aan de voorkant!” Hierdoor is het bijvoorbeeld gelukt om binnen MBA een bepaald eigenaarschap onder medewerkers te creëren: iedereen is trots om deel uit te maken van het programma. Daarnaast versterken deze medewerkers de samenwerking tussen de drie partners: ze zijn in continu overleg met partnerorganisaties en proberen waar mogelijk verbindingen te leggen met de eigen organisatie.

Branding van de gebiedsgerichte aanpak

Een laatste les van MBA is de kracht van een sterk communicatieteam. Het communicatieteam van MBA heeft een goede huisstijl gecreëerd die zowel medewerkers als bewoners direct herkennen. Ook is de MBA-branding altijd positief, wat sfeerverhogend werkt binnen de verschillende organisaties. Daarnaast zorgt de positieve branding dat MBA laagdrempelig is en er weinig kritische geluiden vanuit de gemeenschap komen of vragen vanuit de politiek worden gesteld. Het sterke communicatieteam zorgt zodoende voor een positieve flow vanuit MBA en draagt bij aan eigenaarschap bij medewerkers.

Meer lezen over Mijn Buurt Assen en andere gebiedsgerichte organisatiemodellen?

Dit praktijkvoorbeeld is onderdeel van het rapport Werken aan opgaven in de wijk (november 2020).