SIA/DIA-aanpak (Enschede)

Net als veel andere gemeenten kende de gemeente Enschede jarenlang een intensieve en grootschalige wijkaanpak, die ondersteund werd met rijksbudget vanuit het grotestedenbeleid en ISV-gelden. Het opdrogen van deze geldstromen leidde tot steeds meer kleine projecten gericht op versterken van de leefbaarheid in de wijk. De gemeente zag zich genoodzaakt om samen met corporaties en andere partners tot slimme, integrale gebiedsplannen te komen. Hiervoor zijn twee beleidsinstrumenten ontwikkeld: de SIA op stedelijk niveau en de DIA op wijkniveau.

Geldstromen optimaliseren

“We zagen vooral vanuit de fysieke kant allerlei kleine initiatieven, maar omdat er geen geld was voor een bredere aanpak werden alleen die postzegels aangepakt”, vertelt Belinda van Oosten. Tegelijkertijd was duidelijk dat inzet op het gebied van wijkverbetering nodig is om de Enschedese wijken leefbaar en vitaal te houden. Ook met het oog op de warmtetransitie zullen sommige wijken flink moeten worden aangepakt. Het dilemma is dat voor deze opgaven geen grote budgetten beschikbaar zijn. Enschede is van oudsher geen rijke gemeente, dit maakt het des te belangrijker om rendement van elke euro uit reguliere geldstromen te optimaliseren.

Afwegingskader voor de stad

De Stedelijke Investeringsafweging (SIA) is in 2017 ontstaan vanuit de constatering dat de gemeente te weinig zicht had op ontwikkelingen in wijken en buurten. De SIA is een instrument om inzicht te geven in welke wijken zich de grootste urgenties (opgaven) en potenties (investeringskansen) voordoen om initiatieven van verschillende partijen te koppelen. Waar liggen de mogelijkheden van synergie tussen de investeringen? Wat zijn gebiedskwaliteiten en -voorzieningen? Welke problemen vragen om concrete oplossingen? De prioritering van wijken en opgaven is het hoofddoel van de stedelijke investeringsafweging. Uit de SIA volgt een advies welke wijken aangepakt kunnen worden. Ook laat ze de mogelijkheden zien om budget en mankracht van gemeente en andere partijen met elkaar te verbinden.

Gebundelde investeringsplannen per wijk

In kwetsbare wijken met relatief veel corporatiebezit liggen de meeste kansen voor een brede, integrale aanpak; voor deze gebieden wordt een Dynamische Investeringsagenda (DIA) opgesteld. De SIA adviseert voor welke buurten een DIA moet worden uitgevoerd en in welke volgorde. Ook adviseert de SIA over minder integrale aanpakken – bijvoorbeeld voor buurten waarvoor alleen de warmtetransitie moet worden vormgegeven. De DIA heeft als doel het bundelen van investeringsbudgetten van de betrokken partijen (gemeente, woningcorporaties, netbeheerders, etc.) voor stedelijke vernieuwing voor de middellange termijn (5-10 jaar). Ook zorgt het voor minder overlast voor inwoners en ondernemers wanneer opgaven gelijktijdig worden opgepakt. Hiervoor zijn integrale plannen nodig, die vanaf het begin door de partijen samen gemaakt worden.

DIA’s zijn in 2020 in pilotvorm uitgewerkt in de gebieden Twekkelerveld, Cromhoffpark en De Posten: hier wordt ervaring opgedaan met deze vorm van ‘gezamenlijke gebiedsontwikkeling’. Twekkelerveld is de eerste wijk waar de gemeente samen met de corporaties De Woonplaats, Domijn en Ons Huis is gestart met deze pragmatische aanpak op basis van de DIA-werkwijze.

In het rapport Werken aan opgaven in de wijk onderzocht Platform31 de SIA/DIA-aanpak en formuleerde geleerde lessen van de Enschedese wijkaanpak:

Datagedreven onderbouwing van gebiedsgerichte investeringen

Dankzij het pionieren van de gemeente Enschede met de SIA/DIA-werkwijze blijven wijken die extra aandacht nodig hebben op het netvlies van gemeentebestuur en woningcorporaties. De grote diversiteit aan opgaven op lokaal niveau worden door de SIA-werkwijze inzichtelijk gemaakt; ook wordt zichtbaar waar koppelkansen liggen. De aanpak is gericht op ontkokering binnen de gemeente en intensievere samenwerking met externe partners. Prestatieafspraken met woningcorporaties, bijvoorbeeld, worden in de werkwijze gebiedsgericht ingevuld. Zo ontstaat er een gezamenlijke logica om aan de stad te werken en alle betrokken partijen (bestuur, gemeenteraad, externe partners en bewoners) mee te nemen in keuzes en afwegingen.

Onderschatting van de stap ‘van denken naar doen’

De praktische uitvoering van de SIA/DIA-werkwijze staat nog in de kinderschoenen; daardoor zijn er nog maar beperkt concrete resultaten te overleggen. Het risico van de SIA-benadering is dat het een systeemvraagstuk wordt: daarom is pragmatisme cruciaal in de uitwerking en toepassing van het instrument. De wens is er om door te pakken naar uitvoering, maar de interne governance (organisatie- en beslisstructuur) van de gemeente – met een rigide organisatorische scheiding tussen projectontwikkeling en beleidsuitvoering – vormde een knelpunt. Vanuit beleid en bestuur is en was men enthousiast over de werkwijze, maar de uitvoerders moesten de DIA ‘erbij doen’ naast hun reguliere taken. Hierdoor kent de DIA (nog) geen verankering in de organisatiestructuur.

Beleidsniveau vraagt generalisten, de uitvoering om doorpakkers
In Twekkelerveld is de leerfase doorlopen met veel inzet vanuit de beleidsafdelingen. Zo is geleerd hoe het kan en moet voor andere wijken, waarbij voldoende menskracht en middelen een belangrijke randvoorwaarde is. In de leerfase en opzet van de werkwijze zijn mensen met een generalistische blik nodig, maar voor de uitvoering is een andere houding nodig en zijn andere competenties wenselijk: hier zijn vooral mensen nodig die het projectmatig werken goed beheersen.

Ontkokeren gaat in kleine stapjes

De DIA introduceert een werkwijze binnen de gemeente, waarin het integrale gebiedsbelang voorop staat. Het ontkokeren van beleidsdomeinen komt echter nog beperkt uit de verf. De belangrijkste winst is dat het proces van de SIA/DIA laat zien wat er wringt en waar (politieke) keuzes nodig zijn of besluiten moeten worden genomen. De basis is gelegd, nu is het tijd om het beleid te borgen op bestuurs- en uitvoeringsniveau.

Reguliere geldstromen vormen een wankele basis

Uitgangspunt van het SIA/DIA-model is het realiseren financiële
besparingen door de uitvoering van opgaven en reguliere geldstromen te verbinden. Voor de grote opgaven waarvoor de gemeente Enschede zich gesteld ziet, is deze financiële basis wankel. Daarom moet gezocht worden naar aanvullende middelen. In Twekkelerveld ligt de focus momenteel op koppelkansen tussen fysieke wijkvernieuwing (corporaties) en de transitie naar aardgasvrije wijken. Via een aanvraag voor proeftuinstatus hoopt men rijksmiddelen te verwerven om extra ambtelijke capaciteit in te kunnen zetten. Ook wordt gebruikgemaakt van RRE-subsidie, onder andere ten behoeve van energiecoaches. Dergelijke aanvullende geldstromen helpen om een heldere structuur op te tuigen, zodat in de toekomst een inhoudelijke verbreding mogelijk wordt naar andere thema’s, zoals veiligheid.

Meer lezen over het NPRZ en andere gebiedsgerichte organisatiemodellen?

Dit praktijkvoorbeeld is onderdeel van het rapport Werken aan opgaven in de wijk (november 2020).

Roombeek-Enschede