- kennisvanstadenregio
- Kennisdossiers
- Kennisdossier Woningmarkt
- Kennisdossier Lokaal woonwagenbeleid
- Veelgestelde vragen: woonwagenbeleid
- Vraag en antwoord woonwagenbeleid
Inhoud kennisdossier
Verdieping
Dit dossier is mogelijk gemaakt door G40, werkgroep Woningmarkt.
Vraag en antwoord woonwagenbeleid
Aanbod, behoefte-inventarisatie en toewijzing
Inhoudsopgave kennisdossier
Vraag 6c: Welke methoden voor een behoefte-inventarisatie zijn er?
In het Beleidskader wordt ervoor gepleit om een onderzoek uit te zetten bij woonwagenbewoners die wonen in een woonwagen, hun inwonende familieleden en bij spijtoptanten. Daarmee kan niet alleen de actuele behoefte in beeld worden gebracht, maar kunnen ook prognoses gemaakt worden voor de komende jaren. Door woonwagenbewoners zelf bij het onderzoek te betrekken, kunnen spijtoptanten mogelijk weer in beeld worden gebracht. Dit onderzoek kan ook inzicht bieden in de gewenste samenstelling van de woonwagenlocaties.
In de behoefte-inventarisatie kan begonnen worden met de woonwagenbewoners die reeds in de gemeente wonen of daar recentelijk hebben gewoond. Welke huishoudens hebben volwassen inwonende kinderen die toe zijn aan een eigen standplaats? Welke kinderen van woonwagenbewoners zijn door een tekort aan standplaatsen in een reguliere woning gaan wonen? Door ook de jongere kinderen in beeld te brengen kan tevens de vraag op de langere termijn in beeld gebracht worden. Indien woonwagenbewoners uit andere gemeenten of niet-woonwagenbewoners zich willen vestigen in de gemeente, kunnen die op een wachtlijst worden geplaatst.
De manier waarop de behoefte inventarisatie wordt ingevuld, blijft lokaal maatwerk. De te verkiezen aanpak hangt onder andere af van de volgende factoren:
- De totale omvang van de doelgroep.
- Het kennisniveau van de gemeente over de totale omvang van de doelgroep.
- De samenstelling van de doelgroep (kermisexploitanten zijn bijvoorbeeld beroepsmatig vaak onderweg en zijn daarom moeilijker te bereiken met bijvoorbeeld papieren vragenlijsten of huisbezoeken),
- De beschikbare capaciteit en middelen voor het uitvoeren van het onderzoek.
In het land komen tal van aanpakken voor, die onder meer verschillen op de volgende punten:
- Rol van de gemeente: zelf onderzoek uitvoeren (bv. Enschede) of extern bureau inschakelen (bv. Amsterdam)
- Manier van dataverzameling: papieren vragenlijsten (Apeldoorn), online vragenlijsten (Overbetuwe) of mondeling.
- Betrokkenheid van woonwagenbewoners bij het onderzoek: betrokken bij het opstellen van de vragenlijst en/of bij het onder de aandacht brengen van het onderzoek bij de doelgroep.
- Interventies om respons te vergroten: huisbezoeken, sneeuwbalmethode, informatiebijeenkomsten.
- Inhoud van vragenlijst. Op welke manier komen bijvoorbeeld de kwalitatieve woningvraag en het betaalbaarheidsvraagstuk aan bod?
Deel deze pagina